Grafteken
Op het met bloemen opgemaakte graf van de IJslandse vrijheidsstrijder Jón Siguršsson wordt het naakte lichaam van een meisje gevonden. Waarom juist hier? Erlendur en zijn collega's staan voor een raadsel. Het slachtoffer was verslaafd aan heroļne. Dus beginnen Siguršur Óli en Elķngborg hun onderzoek in het drugsmilieu. Een spoor leidt naar de Westfjorden van IJsland, waar Jón Siguršsson vandaan kwam. Bestaat er een verband? Het oplossen van deze zaak wordt pas echt delicaat als blijkt dat ook kopstukken uit de economische wereld tot de verdachten behoren.
Boekgegevens
Titel: Grafteken (2011)
Auteur: Arnaldur Indrišason
Originele titel: Daušarósir (1998)
Vertaling: Adriaan Faber
Uitgeverij: Querido - Q
ISBN: 90-214-4136-5
Omvang: 252 p.
Gelezen: 12-2011
BOB-score 3/5
Vingeroefeningen
Op een met bloemen bedekt graf van een bekende IJslander wordt het ontklede en levenloze
lichaam gevonden van een jonge vrouw. Een jonge zwaar verslaafde vrouw, zal later blijken.
Het team van Erlendur gaat op zoek naar de achtergrond van het slachtoffer. Wie is zij?
Via zijn eigen verslaafde dochter Eva krijgt Erlendur achtergrondinformatie die hem samen
met zijn collega Siguršur Óli richting het westen van het land stuurt.
Rechercheur Óli was zelf liever in Reykjavik gebleven en had wat meer tijd willen besteden
aan de getuige BergŽóra die samen met haar onenight stand op zoek was naar een rustig plekje.
Bij zijn reis naar het westen wordt voor Erlendur duidelijk dat grote delen van de bevolking
die afhankelijk waren van de visserij zijn verhuisd naar de hoofdstad omdat bij de herverdeling
van de visquota een groot deel van de werkgelegenheid is verdwenen.
Bij nader onderzoek blijkt dat er een sluw masterplan is gehanteerd. Grote gebieden in de
omgeving van de hoofdstad zijn goedkoop opgekocht en hier heeft veel woningbouw plaatsgevonden.
Om bewoners te krijgen zijn de visquota opgekocht waarmee de werkgelegenheid terugliep en een
gedwongen migratie op gang kwam.
Het onderzoeksteam komt steeds meer te weten over de verslaafde jonge vrouw en het wordt
duidelijk dat ze een woning deelde met een jeugdvriend. Deze jongeman Janus vindt het moeilijk
te verkroppen dat zijn vriendin Birta de vernieling in is geholpen door drugshandelaren en
pooiers. Janus richt zijn pijlen op Herbert die Birta regelmatig van drugs en klanten voorzag.
Deze kleine crimineel heeft op zijn beurt contact met de machtige zakenman Kalman. Een zakenman
die zich onaantastbaar waant.
Indrišason legt in dit boek, het tweede uit de reeks over zijn vaste IJslandse speurder,
de vinger op de zere plek waarbij het platteland ontvolkt en samentrekt in de grote steden
met alle problematiek en criminaliteit die hierbij komt kijken. Het boek stamt uit 1998 en
ook dan al zie je kleine groepen zakenmensen die zichzelf enorm verrijken over de ruggen van
grote groepen landgenoten.
Grafteken en het debuut Maandagskinderen lijken nog vingeroefeningen voor Arnaldur
Indrišason. De verhaallijn blijft redelijk eenvoudig en direct, zijn personages zijn nog wat
extreem in hun uitingen en minder gelaagd dan in de volgende romans. Vingeroefeningen wellicht
maar wel zeer geslaagde want voor de twee volgende boeken Noorderveen en Moordkuil
ontving Indrišason twee jaar achter elkaar de prijs voor beste Scandinavische misdaadroman.
Een huzarenstukje dat geen enkele schrijver heeft kunnen evenaren.
Indrišason is een klasse apart!